Het IJslands wordt met het Latijnse alfabet geschreven, maar het heeft een aantal extra tekens: á, ð, é, í, ó, ú, ý, þ, æ, ö. Daarentegen worden de letters c, q, w en z niet gebruikt, behalve voor woorden van buitenlandse herkomst.

De volgorde van de letters van het alfabet is:

a, á, b, (c,) d, ð, e, é, f, g, h, i. í, j, k, l, m, n, o, ó, p, (q,) r, s, t, u, ú, v, (w,) x, y, ý, (z,) þ, æ, ö.

In de IJslandse woordenboeken wordt deze volgorde aangehouden. Omdat er momenteel geen Woordenboek IJslands-Nederlands meer bestaat, heb ik op deze site een redelijk uitgebreide lijst van woorden geplaatst (ruim 600 blz.). In deze lijst, mijn IJslands-Nederlands woordenboek, wordt de volgorde van het IJslandse alfabet aangehouden. Ik heb niet naar volledigheid gestreefd. Het woordenboek is simpelweg een lijst van woorden die ik ben tegengekomen in de jaren dat ik me met het IJslands heb beziggehouden.

Ik geef bij ieder zelfstandig naamwoord en voornaamwoord de buigingsvormen: nominatief, accusatief, datief en genitief enkelvoud; en nom., acc., dat. en gen. meervoud. Van de werkwoorden geef ik enkele vormen uit de vervoeging. Hieronder enkele voorbeelden.

Mochten de afkortingen tussen haakjes niet vertrouwd zijn, dan is er een lijst waarin deze toegelicht worden.

bók (sf3)boek-, -, -, bókar;   bækur, bækur, bókum, bóka
orð (sn)woord-, -, -i, -s;   -, -, -um, -a
lesa (sv) (+ acc.)lezenles, lest, les, lesum; las, lásum; lesið
læra (wv2)studerenlæri, lærir; lærði; lært
bóluefni (sn)vaccin-i, -i, -i, -is;   -i, -i, -um, -a
faraldur (sm1)epidemie-ur, -ur, -ri, -urs

(N.B. In 1984 is er een beknopt Woordenboek IJslands uitgegeven door G.A. v.d. Toorn-Piebenga, maar dat is al decennialang niet meer verkrijgbaar.)