Alles in de schepping kan als medicijn dienen.

De āyurveda kent vele wijzen van behandelen. Denk bijvoorbeeld maar aan de pañcakarma-kuur waar masseren, zweten, overgeven, purgeren, klysma’s, neusdruppels of neuspoeder, rookbehandeling en aderlaten deel van uit kunnen maken.

Daarnaast kunnen nog worden genoemd: voedingsvoorschriften, kruidenpreparaten, het gebruik van edelstenen, het opzeggen van mantra’s, muziektherapie, yoga-oefeningen, meditatie, ademhalingstechnieken en psychotherapie. Een behandeling kan dus vrij wat meer inhouden dan alleen een pil slikken bij een bepaalde kwaal.

Toch nemen de ‘medicijnen’ – om ze maar even met een westerse term te benoemen – ook een belangrijke plaats in in de āyurvedische behandeling. Een āyurvedisch medicijn kan vervaardigd zijn uit:

  1. een kruid of een combinatie van kruiden;
  2. elementen van minerale herkomst: mineralen, edelstenen of metalen;
  3. ingrediënten van dierlijke herkomst, zoals honing, was, ghee, koraal, schelpenpoeder en eierschaalpoeder;
  4. elke mogelijke combinatie van de voorgaande drie.

Deze middelen worden bereid volgens eeuwenoude tradities. In de klassieke handboeken staat precies beschreven welk kruid bij welke kwaal gebruikt kan worden, welke kruiden men wel en niet moet gebruiken, wanneer men het kruid moet oogsten, hoe men het moet bewaren, welk deel men moet gebruiken en hoe men het moet bereiden. En ook van de minerale en dierlijke ingrediënten wordt de wijze van bereiden nauwkeurig voorgeschreven.

Iedere bereidingswijze is erop gericht de geneeskracht van kruiden of andere ingrediënten op een bepaalde manier over te dragen om een bepaald effect te bewerkstelligen. Naast de kwaliteiten van de ingrediënten speelt dus ook de wijze van bereiding een belangrijke rol.

En daarnaast is ook de wijze van inname heel belangrijk. Zo kan het transportmiddel (anupana) de werkzaamheid versterken, juist afzwakken of in een bepaalde richting sturen. Bekende anupana’s zijn: ghee, heet water, koud water, melk, kruidendrank, kruidenthee, suiker en vruchtensap.

Water brengt de geneeskracht in eerste instantie naar de lymfe (en dus het immuunsysteem); honing wordt geadviseerd als bloed en spieren het doel zijn; melk werkt op lymfe en bloed; alcohol transporteert de geneeskracht naar de subtielere weefsels zoals de zenuwen. Ruwe suiker en melk maken dat het geneesmiddel ook versterkend werkt. Suiker verlaagt de hitte en ondersteunt de stofwisseling.

De wijze van toedienen kan (net als in de westerse geneeskunst) variëren. Sommige geneeskruiden worden uitwendig gebruikt: in kompressen, zalven, oliën e.d. De meeste evenwel worden inwendig gebruikt. Dat kan zijn: oraal (via de mond), in anale of vaginale klysma’s, in oor-, neus- of oogdruppels, in poeders die gesnoven moeten worden of in een kruid dat gerookt moet worden.

Een volgend punt is dat de middelen ook vaak ingenomen moeten worden op een bepaald tijdstip. In grote lijnen kan men zeggen dat geneesmiddelen die bedoeld zijn voor de dikke darm en het onderste deel van het lichaam vóór het eten genomen moeten worden, die bedoeld zijn voor de vertering (maag, dunne darm) tijdens het eten en die bedoeld zijn voor de longen en het bovenste deel van het lichaam ná het eten. Soms moet dit innemen gepaard gaan met het zeggen van mantra’s of andere rituelen.

Vroeger werden de middelen bereid door de vaydya (dokter) zelf. Tegenwoordig wordt deze taak meer en meer overgenomen door fabrieken met vaak grote laboratoria waarin de planten op hun kwaliteiten worden onderzocht. Net als in het westen moeten fabrieken en produkten aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen. Nog steeds worden de producten evenwel bereid volgens de klassieke voorschriften.

Een probleem is daarbij dat de dokter geen gestandaardiseerde doseringen voor zijn geneesmiddelen gebruikte. Hij liet de samenstelling afhangen van de patiënt en zijn conditie. Een fabriek moet dat natuurlijk wel doen. Het is dan aan de arts om naar eigen inzicht te ‘spelen’ met de adviesdoseringen van de fabrikant(en).

De namen van de middelen maken vaak al duidelijk op welke wijze het middel bereid is. Hieronder volgt een kort overzicht van en een korte toelichting op een aantal bekende bereidingswijzen. In de voorbeelden die ik geef, is deze bereidingswijze vaak in de naam terug te vinden (maar dit is niet in alle gevallen gelukt).